V
Inhoud
Variatie
In de meeste keukens wordt volgens vrij vaste gewoontes gekookt. Er is niet zo heel veel variatie van week tot week. Toch is men er kennelijk tevreden mee. Dat kan anders worden als men met afvallen begint. Zoeken we ons dieet in het laten staan van bijvoorbeeld de sausjes, de lekkere toetjes, het extraatje bij de maaltijd, dan wordt onze variatie alleen maar minder. Dat is niet opwekkend om het dieet vol te houden. Verandering van spijs doet eten èn doet het omgekeerde voor de lijners: het doet de lijnpoging volhouden.
Het eten, ook bij een dieet, mag niet tegen gaan staan. Dat is een van de nadelen van die kant-en-klaar-middeltjes die een deel van de maaltijd moeten vervangen. Het is beter te leren hoe men met weinig energie toch gevarieerd kan koken. Bij dat leren kan een goed kookboek met energie-arme recepten goede diensten bewijzen, maar ook de hulp van een diëtiste die daaraan aandacht besteedt.
Vegetarisme
Wie geen dierlijke produkten gebruikt, of veel minder extreem, wie geen vlees en vleesprodukten eet, noemen we een vegetariër. Tegenwoordig ontmoet men steeds meer mensen die vleesloos eten. Met het groeiende aantal vegetariërs verdwijnt ook steeds meer het beeld van de magere, pezige, niet rokende, geen alcohol gebruikende, sober levende vegetariërs. Ze zijn er nog wel, maar verdwijnen in de massa. Men komt nu vegetariërs tegen die zelfs te zwaar zijn. Ook een energie-arm vegetarisch dieet is echter heel goed mogelijk. Omdat vegetarische voeding rijk is aan voedingsvezels, beveelt men dit soort voeding soms aan om te vermageren.
Vermageren
Om te vermageren moet men minder energie eten dan het lichaam nodig heeft om te kunnen bewegen, om zelf te kunnen werken, om weerstand op te bouwen, om te groeien, voor het herstel. Om toch aan voldoende energie te komen gaat ons lichaam dan de reservevoorraad in ons lichaam, ons lichaamsvet, verbranden. Om 1 kilo af te vallen moet ons lichaam dus kilo vet verbranden.
We kunnen uitrekenen hoeveel eten dat is om te minderen. In energie is het ruim 31.000 kilo joules (7500 kilocalorieen). Die energie zit in de totale voeding van 3 tot 4 dagen. Ze zit ook in 50 belegde boterhammen of 100 eieren of 7 liter vla of 190 appels van ongeveer 100 gram. We moeten heel wat laten staan om af te vallen. Men kan dus niet van de ene dag op de andere veel vet verliezen. Valt men toch enkele ponden af op een dag, dan is dat voor het grootste deel vochtverlies. Bij veel vochtverlies moeten we oppassen. Vocht hebt u nodig; iedere dag in voldoende mate.
Vermageringsdiëten
Vermageringsdiëten zijn er vele: zinnige en veel onzinnige.Wanneer u een dieet kiest, zijn er een aantal regels die u in het oog moet houden:
Dieet betekent eigenlijk leefregel. U mag dat best zo vertalen dat een dieet een leven lang volgehouden moet kunnen worden. De meeste mode-diëten zijn er om vlug wat gewicht te verliezen en er dan maar weer lekker tegenaan te gaan. Geen leefregel dus!
Bij alle gezonde vermageringsdiëten gaat het er om dat u minder eet dan u nodig hebt. De rest er om heen mag u best als een soort franje beschouwen waarmee het dieet opgepoetst wordt. Dit soort diëten noemen we tegenwoordig `energie-beperkte diëten’.
In een energiebeperkt dieet moeten alle voedingsstoffen in voldoende mate aanwezig zijn. Diëten die een erg eenzijdige voeding aanbevelen kunt u beter laten schieten.
Vermoeidheid
Wanneer u dieet houdt kan het voorkomen dat u zich sneller dan anders vermoeid voelt. Probeer eens na te gaan of er geen andere reden voor die vermoeidheid kan zijn. Wanneer u meent dat het aan het dieet kan liggen, dan kunt u de volgende maatregelen treffen:
Zorgen voor een goed ontbijt. De ervaring leert dat mensen die ’s morgens niet of slecht ontbijten aan het eind van de morgen een inzinking krijgen.
De maaltijden regelmatig over de dag verdelen. Het is beter om vijf keer een kleine portie te eten, dan twee keer een flinke hoeveelheid.
Iets meer eten. Het kan zijn, dat u om snel resultaat te zien, te hard van stapel loopt en te weinig eet. Dat kan geen mens volhouden.
Wie vermoeid is, kan een vermageringsdieet minder gemakkelijk volhouden. Zorg daarom voor een goede nachtrust; probeer regelmatig te ontspannen; bedenk dat problemen niet worden opgelost met extra eten, al raakt u misschien dat spanningsgevoel in uw buik voor enige tijd kwijt.
Verveling
De een overeet zich om een gevoel van spanning of van onrust weg te werken en een ander eet te veel uit een soort verveling. Zodra zo iemand veel om handen heeft, is er geen tijd en geen aandacht voor het eten, maar op momenten dat men het idee heeft dat er niets meer te doen valt, vult men de tijd met het heen en weer lopen naar de kast, naar de trommels, naar de koelkast. Iemand kan in het dagelijks leven erg gedisciplineerd zijn, en er toch dergelijke snoepgewoonten op na houden. Het nee zeggen tegen wandelingen naar de kast vergt een uiterste inspanning die weinigen kunnen opbrengen. Er is dan ook maar één maatregel welke in zo’n geval helpt: er voor zorgen dat er niets in huis is. Wie vindt dat dit erg kinderachtig is, beseft niet hoe moeilijk het is om van deze ‘eetverslaving’ af te komen.
Vet
Vet bevat meer dan tweemaal zoveel energie als suiker. Alleen al om die reden kunt u die voedingsstof maar beter zo veel mogelijk mijden. En het maakt voor uw lijn niets uit of dat vet meervoudig onverzadigd, linolzuurrijk, plantaardig of varkensvet is. Al het vet bevat evenveel energie. Net als bij suiker is er het probleem van het onzichtbare vet. Een knapperig patatje, chips, kaas en vele andere produkten lijken minder vet dan ze in werkelijkheid zijn.
Om u te helpen met het minderen van vet, zijn er allerlei produkten te koop die minder vet bevatten dan het oorspronkelijke produkt: halvanaise, tapteyoghurt, magere melk, halvarine, enz.
Vis
Vis is een prima voedingsmiddel. Er is magere vis, matig vette en er is vette vis. In een dieet kunnen we de vette vis beter laten staan. Magere vis is bijvoorbeeld-. baars, bot, forel, kabeljauw,karper, poon, rog, schar, schelvis, schol, snoek, spiering, stokvis (gedroogde kabeljauw), tonijn, wijting. Vette vis is: haring, makreel, paling, sardine, sprot, zalm.
Als u magere vis eet, wil dat niet zeggen dat de vis mager op tafel komt. Hoe de vis wordt klaargemaakt, bepaalt de kok. Die kan van een mager scholletje een forse hap maken door het te paneren, te bakken en te serveren met allerlei extra’s.
Vitamines
In een goede voeding en dus in een goed dieet zijn voldoende vitamines aanwezig. Het is dan ook niet nodig allerlei extra vitaminepilletjes, -druppels of andere vitaminepreparaten te gebruiken. Wanneer u toch uw twijfels hebt, vraag dan eerst het advies van uw huisarts. Eenzijdige vermageringsdiëten kunnen wel tekorten veroorzaken. Ook dan moet u niet op uw eigen houtje gaan gebruiken. Er zijn vitamines waarvan u ziek wordt als u te veel gebruikt.
Vlees
Vlees en vleeswaren zijn er in vele soorten en kwaliteiten. Vet vlees levert veel energie. Daarom moeten we het vette vlees vermijden in een energiebeperkt dieet.
Magere vleessoorten zijn: biefstuk, biefstuk-tartaar, mager rundergehakt, baklappen, ossehaas, lende, rosbief, kalfsvlees (behalve kalfsborst), mager lamsvlees, varkenshaas, magere fricandeau. Het is beter de volgende soorten niet te eten: gemengd gehakt, frikandellen, slavinken, rolpens, sausijsjes, verse worst, speklappen, vet rundvlees, vet kalfs-, varkens- of lamsvlees, schnitzel zoals room- en alpenschnitzel. Ook bij vlees is de bereidingswijze erg belangrijk. Gepaneerd vlees, de meeste sauzen, vette jus horen in een energiebeperkt dieet niet thuis.
Voedingsanamnese
Tijdens het eerste gesprek met een diëtiste zal u vaak gevraagd worden te vertellen wat uw voedingsgewoonten zijn, of u met voeding ooit problemen hebt gehad, hoe het vroeger ging. U kunt niet meer vertellen dan hetgeen u zich herinnert. Die herinnering is de eigenlijke anamnese. Een dokter die u vraagt welke ziekten u hebt gehad en hoe het met uw gezondheid is gegaan, vraagt ook naar de anamnese. Bij keuringen is dit een heel normaal gebruik.
Wie mijn praktijk bezoekt om te vermageren, zal ik niet naar de anamnese vragen. Ik ga uit van het samen met de cliënt veranderen van bestaande voedingsgewoonten. Daarom houdt men een dagboek bij. Met het dagboek in de hand kunnen we overleggen hoe het best verder gewerkt kan worden.
Voedingsmiddelen-voedingsstoffen
Deze twee heel verschillende zaken haalt men gemakkelijk door elkaar. Voedingsmiddelen zijn de produkten zoals men die koopt in de winkel of zelf kweekt. Brood is een voedingsmiddel, en spinazie, en yoghurt, en aardappelen …
In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen. De voedingsstoffen zijn: eiwitten, koolhydraten, vetten, zouten (mineralen), vitaminen en water. Om de voedingsstoffen gaat het eigenlijk. Voedingsmiddelen zijn een smakelijke verpakking voor voedingsstoffen. Al die voedingsstoffen hebben we in een bepaalde hoeveelheid nodig. Dus niet een heleboel van het één en niets van het andere. Er is een zeker evenwicht nodig. Er is echter niet één voedingsmiddel te vinden dat die stoffen in dat goede evenwicht bevat. Daarom hebben we een grote variatie aan voedingsmiddelen nodig tijdens iedere maaltijd.
Om u te informeren hoe u het best kunt variëren, maakte het Voorlichtingsbureau voor de Voeding de maaltijdschijf. De schijf bestaat uit vier vakken en uit elk vak moet u iets kiezen voor iedere maaltijd.
Voedingsvezels
De voedingsvezels horen niet tot de voedingsstoffen. Dat wil niet zeggen dat de vezels onbelangrijk zijn. Integendeel. Lange tijd is de betekenis van voedingsvezels onderschat. Veel meer nadruk werd er gelegd op de eiwitten en wat later de vitaminen. Zo zelfs dat we ongeveer de helft van de hoeveelheid voedingsvezel consumeren als we dat vergelijken met de voeding van voor de laatste wereldoorlog. Uit wetenschappelijk onderzoek van de laatste jaren blijkt, dat er verband bestaat tussen een aantal welvaartsziekten en een tekort aan vezels in onze voeding.
Voedingsvezel kan trouwens heel goed van dienst zijn in een vermageringsdieet. Vezels geven een verzadigd gevoel zonder dat ze energie leveren. Ook om andere redenen zijn vezels in een dieet nuttig. Het zgn. vezeldieet om af te vallen is een goed vermageringsdieet. Voedingsvezels zijn nodig voor een goede stoelgang. Een groot deel van dat soort problemen kan met een gezonde voeding worden opgelost.
Volkoren produkten
De meeste graanprodukten zoals wij die in huis hebben, zijn geraffineerd, dat wil zeggen dat alle niet-verteerbare delen eruit zijn gezuiverd. Dat is heel jammer als we op gezonde voeding willen letten; ook al wekt de term licht-verteerbaar bij velen de gedachte aan gezondheid op. Licht-verteerbare kost is eerder ziekenkost.
Zou u voor de pannekoeken, sausjes, cake en dergelijke de bloem vervangen door volkorenmeel; zou u volkoren macaroni en spaghetti gaan gebruiken; zou er bij u zilvervliesrijst in plaats van witte rijst op tafel komen staan; zou u regelmatig graanvlokken in uw gerechten verwerken; zou er roggebrood op tafel staan; u zou er uw spijsvertering een goede dienst mee bewijzen. Maar in heel wat gezinnen zou er ook een kleine paleisrevolutie losbarsten. Volkoren produkten bevatten veel voedingsvezels; ze geven sneller een verzadigd gevoel, zorgen voor een goede stoelgang en passen uitstekend in een vermageringsdieet.
Probeer langs de weg der geleidelijkheid steeds meer geraffineerde produkten te vervangen door volkorenprodukten. Ook als men niet vermagert is dit een goede zaak.
Voorlichting over voeding
De voorlichting over goede voeding staat nog steeds in de kinderschoenen. Het Voorlichtingsbureau voor de Voeding doet uitstekend werk, maar bereikt een veel te kleine groep mensen. Steeds als er in medische kringen over het voorkomen (preventie) van de zgn. welvaartsziekten wordt gesproken, wordt voeding wel genoemd als een belangrijke schakel, maar in de praktijk wordt er weinig mee gedaan. In dat gesprek worden mensen, die deskundig zijn in het vertalen naar de praktijk, nauwelijks betrokken. Diëtisten, die zo’n praktijkrol zouden kunnen vervullen, richten zich te veel op zieke mensen. Als het gaat om ziek zijn is er aandacht en geld beschikbaar. Gaat het om gezond zijn en gezond blijven, dan is dat kennelijk zo’n vanzelfsprekendheid, dat het lijkt of dat geen aandacht nodig heeft.
Met de Hartstichting is het Voorlichtingsbureau voor de Voeding een van de weinige instanties die daadwerkelijk meer aandacht zijn gaan besteden aan voorlichting voor gezonde mensen. Het Voorlichtingsbureau geeft een groot aantal folders en brochures uit en is initiatiefnemer van de maaltijdschijf.